26 janvier

2024

Discours du Nouvel An

Discours du Nouvel An

Discours du Nouvel An

Geachte genodigden,

Cher invités,

Van harte welkom!

Soyez les bienvenues!

Het is mij een waar genoegen jullie hier vandaag te mogen verwelkomen op onze nieuwjaarsreceptie. Ik ben verheugd opnieuw te kunnen aanknopen met een mooie traditie waarbij we elkaar het beste toewensen voor het nieuwe jaar.

De voorbije jaren hadden we die traditie even in de koelkast geplaatst. We deden dit om twee redenen, in eerste instantie noodgewongen omwille van de Covid-19- crisis en in tweede instantie omdat de precaire situatie waarin het ITLB zich bevond ons niet veel reden gaf om te feesten. 

Fin octobre de l’année passée nous avons tenu une assamblée générale qui restera dans les annales de l’institution comme un événement historique.

Après des années d’incertitude dans un environnement juridiquement fragile, nous avons pris un nouveau départ avec l’ITLB. Fondé en 1966, l’institut a fêté ses 50 ans en 2016, de ce quinquagénaire est maintenant né l’ITLB 2.0.

Het ownership van de instelling is verschoven van een deelname van twee soorten partners, nl. de federale overheid en de transportfederaties, naar drie soorten deelnemende partners, nl. naast de federale overheid en de tansportfederaties ook onze drie gewesten. 

Het gemeenschappelijk huis ITLB wordt nu in consensus tussen alle partners bestuurd. 

Deze nieuwe structuur moet het, bijna tien jaar na datum, mogelijk maken de opdrachten die aan het ITLB zijn toevertrouwd uit te voeren overeenkomstig de bepalingen van de zesde staatshervorming. Dit zal voor gevolg hebben dat het ITLB haar taken in het kader van de vakbekwaamheid en ADR vanuit een stevige juridische basis zal kunnen uitoefenen onder controle van de gewesten die voor deze materies bevoegd zijn en dit in overleg met de transportfederaties.

Les tâches liées au tachygraphe digital continueront à être accomplies sous la surveillance de l’autorité fédérale et également en concertation avec les fédérations de transport.

De instelling komt zo in rustiger vaarwater terecht. Dit geeft ook zekerheid en duidelijkheid voor de sector van het wegvervoer voor rekening van derden, voor wie het ITLB destijds is opgericht en voor wie het nog steeds een belangrijke dienstverlener is.

Daarnaast geeft het ook duidelijkheid en zekerheid voor de werknemers van het ITLB. Ik houd er trouwens aan hen allen uitdrukkelijk te danken voor het feit dat zij zich de voorbije, onzekere jaren, in rust en met gedrevenheid zijn blijven inzetten voor hun instelling en voor de sector.

Geachte genodigden,

Cher invités,

Van harte welkom!

Soyez les bienvenues!

Het is mij een waar genoegen jullie hier vandaag te mogen verwelkomen op onze nieuwjaarsreceptie. Ik ben verheugd opnieuw te kunnen aanknopen met een mooie traditie waarbij we elkaar het beste toewensen voor het nieuwe jaar.

De voorbije jaren hadden we die traditie even in de koelkast geplaatst. We deden dit om twee redenen, in eerste instantie noodgewongen omwille van de Covid-19- crisis en in tweede instantie omdat de precaire situatie waarin het ITLB zich bevond ons niet veel reden gaf om te feesten. 

Fin octobre de l’année passée nous avons tenu une assamblée générale qui restera dans les annales de l’institution comme un événement historique.

Après des années d’incertitude dans un environnement juridiquement fragile, nous avons pris un nouveau départ avec l’ITLB. Fondé en 1966, l’institut a fêté ses 50 ans en 2016, de ce quinquagénaire est maintenant né l’ITLB 2.0.

Het ownership van de instelling is verschoven van een deelname van twee soorten partners, nl. de federale overheid en de transportfederaties, naar drie soorten deelnemende partners, nl. naast de federale overheid en de tansportfederaties ook onze drie gewesten. 

Het gemeenschappelijk huis ITLB wordt nu in consensus tussen alle partners bestuurd. 

Deze nieuwe structuur moet het, bijna tien jaar na datum, mogelijk maken de opdrachten die aan het ITLB zijn toevertrouwd uit te voeren overeenkomstig de bepalingen van de zesde staatshervorming. Dit zal voor gevolg hebben dat het ITLB haar taken in het kader van de vakbekwaamheid en ADR vanuit een stevige juridische basis zal kunnen uitoefenen onder controle van de gewesten die voor deze materies bevoegd zijn en dit in overleg met de transportfederaties.

Les tâches liées au tachygraphe digital continueront à être accomplies sous la surveillance de l’autorité fédérale et également en concertation avec les fédérations de transport.

De instelling komt zo in rustiger vaarwater terecht. Dit geeft ook zekerheid en duidelijkheid voor de sector van het wegvervoer voor rekening van derden, voor wie het ITLB destijds is opgericht en voor wie het nog steeds een belangrijke dienstverlener is.

Daarnaast geeft het ook duidelijkheid en zekerheid voor de werknemers van het ITLB. Ik houd er trouwens aan hen allen uitdrukkelijk te danken voor het feit dat zij zich de voorbije, onzekere jaren, in rust en met gedrevenheid zijn blijven inzetten voor hun instelling en voor de sector.

Geachte genodigden,

Cher invités,

Van harte welkom!

Soyez les bienvenues!

Het is mij een waar genoegen jullie hier vandaag te mogen verwelkomen op onze nieuwjaarsreceptie. Ik ben verheugd opnieuw te kunnen aanknopen met een mooie traditie waarbij we elkaar het beste toewensen voor het nieuwe jaar.

De voorbije jaren hadden we die traditie even in de koelkast geplaatst. We deden dit om twee redenen, in eerste instantie noodgewongen omwille van de Covid-19- crisis en in tweede instantie omdat de precaire situatie waarin het ITLB zich bevond ons niet veel reden gaf om te feesten. 

Fin octobre de l’année passée nous avons tenu une assamblée générale qui restera dans les annales de l’institution comme un événement historique.

Après des années d’incertitude dans un environnement juridiquement fragile, nous avons pris un nouveau départ avec l’ITLB. Fondé en 1966, l’institut a fêté ses 50 ans en 2016, de ce quinquagénaire est maintenant né l’ITLB 2.0.

Het ownership van de instelling is verschoven van een deelname van twee soorten partners, nl. de federale overheid en de transportfederaties, naar drie soorten deelnemende partners, nl. naast de federale overheid en de tansportfederaties ook onze drie gewesten. 

Het gemeenschappelijk huis ITLB wordt nu in consensus tussen alle partners bestuurd. 

Deze nieuwe structuur moet het, bijna tien jaar na datum, mogelijk maken de opdrachten die aan het ITLB zijn toevertrouwd uit te voeren overeenkomstig de bepalingen van de zesde staatshervorming. Dit zal voor gevolg hebben dat het ITLB haar taken in het kader van de vakbekwaamheid en ADR vanuit een stevige juridische basis zal kunnen uitoefenen onder controle van de gewesten die voor deze materies bevoegd zijn en dit in overleg met de transportfederaties.

Les tâches liées au tachygraphe digital continueront à être accomplies sous la surveillance de l’autorité fédérale et également en concertation avec les fédérations de transport.

De instelling komt zo in rustiger vaarwater terecht. Dit geeft ook zekerheid en duidelijkheid voor de sector van het wegvervoer voor rekening van derden, voor wie het ITLB destijds is opgericht en voor wie het nog steeds een belangrijke dienstverlener is.

Daarnaast geeft het ook duidelijkheid en zekerheid voor de werknemers van het ITLB. Ik houd er trouwens aan hen allen uitdrukkelijk te danken voor het feit dat zij zich de voorbije, onzekere jaren, in rust en met gedrevenheid zijn blijven inzetten voor hun instelling en voor de sector.

Dames en Heren,

De sector van het wegvervoer waarin wij werkzaam zijn, is een hoeksteen van de Europese integratie. De sector is van vitaal belang voor het vrije verkeer van personen, goederen en diensten.

Hij speelt een belangrijke rol in economische groei en werkgelegenheid. De sector draagt ongeveer 5% bij aan het bruto binnenlands product van de Europese Unie, biedt werk aan iets meer dan 10 miljoen mensen en is goed voor bijna 7% van de totale toegevoegde waarde van de niet-financiële economie.

Binnen de Europese Unie werd in 2021 77% van de goederen over de weg vervoerd, waarvan 90% voor rekening van derden. Het internationaal vervoer was goed voor 39% van alle goederenvervoer. 

Buiten Europa zijn de Verenigde Staten de belangrijkste exportbestemming, terwijl de meeste geïmporteerde goederen uit China komen. De meeste goederen worden over zee geïmporteerd of geëxporteerd. Noteer dat in het extra-europees transport het wegvervoer  het luchtvervoer overtreft.

Europa en bij uitbreiding de ganse wereld werden sinds 2008 geconfronteerd met 2 grote economische schokken. 

In oktober 2008 barstte de financiële economische crisis los, waardoor het Europese vrachtvervoer in 2009 met zo maar eventjes 11 % is gezakt in vergelijking met 2008 (uitgedrukt in tonkilometer). In België is de sector van het beroepsgoederenvervoer over de weg met 13 % vertraagd ten opzichte van het jaar 2008.

In het voorjaar van 2020 kwam de wereld in een wervelstorm terecht omwille van Covid-19, met een economische crisis zonder weerga als gevolg. De impact voor de vervoersector was echter anders dan tijdens de crisis van oktober 2008. De pandemie en de lockdowns hebben de e-commerce een boost gegeven en daarin speelde de sector van het wegvervoer een belangrijke rol. Zo is het aantal Belgische bedrijven dat actief is in het beroepsgoederenvervoer over de weg sinds januari 2018 fors gestegen met 22% tot bijna 11.000 bedrijven vandaag.

Het jaar 2021 werd gekenmerkt door een ongeziene heropleving, die zowel krachtig als ongelijkmatig verliep. De gezondheidsmaatregelen werden afgebouwd, al gebeurde niet gestroomlijnd van sector tot sector en van land tot land, waardoor de hervatting van de productie trager op gang kwam, vooral in sectoren die volgens het just-in-time principe werken. Regio’s die sterk afhankelijk zijn van toerisme zagen eveneens een aarzelende hervatting van de activiteiten. 

In 2022 dook het inflatiespook op. De Russische invasie in Oekraïne luidde bovendien een nieuwe periode van economische turbulentie in. 

Kijkend naar de toekomst staat het beroepsgoederenvervoer over de weg in de EU voor tal van uitdagingen. Denken we maar aan sociale dumping, het chauffeurstekort, de verkeersveiligheid, de klimaatopwarming. 

Om sociale dumping tegen te gaan, heeft het Europees Parlement in 2020 het Mobiliteitspakket 1 aangenomen, dat tot doel heeft de concurrentie binnen de Europese Unie te harmoniseren, met name tussen vervoerders uit West- en Oost-Europa. 

Wat het chauffeurstekort betreft, blijkt uit een rapport uit 2021 van de IRU (International Road Transport Union) dat meer dan een derde van de chauffeurs in het wegvervoer ouder is dan 55, hoewel werknemers van deze leeftijd slechts 20% van de totale beroepsbevolking in Europa uitmaken.

In Europa is het aandeel van de jonge chauffeurs zeer laag nl.7% en slechts 3% van de chauffeurs is vrouw.

Het IRU-onderzoek somt een aantal redenen voor dit tekort in Europa op, waaronder het gebrek aan gekwalificeerde chauffeurs, de moeilijkheid om jongeren voor het beroep te interesseren, het slechte imago van het beroep en de moeilijke werkomstandigheden. Jonge chauffeurs willen een beter evenwicht tussen werk en privéleven en een betere behandeling van chauffeurs, vooral op leveringslocaties. De Covid-pandemie heeft dit probleem nog zichtbaarder gemaakt.

De oorlog in Oekraïne speelde ook hierin een belangrijke rol, aangezien het aantal actieve chauffeurs uit Oost-Europa sterk is gedaald (met ongeveer 166.000 chauffeurs volgens de IRU), ten eerste door het verbod voor Oekraïense mannen tussen 18 en 60 jaar om het land te verlaten en ten tweede door de afschaffing door Europa van verblijfsvergunningen en werkvisa voor Russische en Wit-Russische chauffeurs.  

Om dit probleem op te lossen, kunnen diverse maatregelen worden genomen, zoals het verbeteren van het imago van het beroep, het investeren in meer en veiligere parkeerfaciliteiten, het vergemakkelijken van de toegang tot beroepsopleidingen, het verbeteren van de arbeidsomstandigheden, het zorgen voor een betere behandeling van chauffeurs op leveringslocaties, bijvoorbeeld door de terbeschikkingstelling van toiletten en douches, kortere wachttijden, het niet hoeven laden of lossen door chauffeurs. 

En ce qui concerne la sécurité routière, d’après les statistiques d’Eurostat, les poids lourds et les véhicules utilitaires légers représentaient, ensemble, 6 % des décès sur la route en Europe en 2021. En 2018, l’Union européenne s’est donné pour objectif, dans un plan d’action stratégique sur la sécurité routière, de réduire de moitié d’ici à 2030 le nombre de tués sur les routes ainsi que le nombre de blessés graves. Les mesures proposées portent sur l’amélioration de la sécurité à l’aide de la technologie et via des contrôles renforcés, une coopération transfrontalière, etc.

Pour terminer, l’Union européenne a établi des mesures environnementales afin de ralentir le réchauffement climatique dans le Paquet Mobilité 2, appelé aussi Clean Mobility Package ou Paquet Mobilité Propre. Celui-ci comprend plusieurs propositions législatives pour le secteur du transport routier qui sont destinées à accélérer la transition vers des véhicules à faibles émissions et à zéro émission.

Lors du sommet mondial sur le climat - COP25 - fin 2019, la Commission européenne a lancé son European Green Deal ou Pacte Vert pour l’Europe, qui a été adopté en 2021. C’est un ensemble d’initiatives politiques dont le but principal est de rendre l’Europe climatiquement neutre en 2050.

Actuellement, le transport de marchandises et de personnes représente près de 25 % des émissions de gaz à effet de serre en Europe, dont 30 % proviennent des « véhicules légers et lourds ». L’objectif du Pacte Vert européen est de réduire ces émissions dans le secteur des transports de 30 % pour 2030 et de 90 % pour 2050, en ayant principalement recours à l’électrification des véhicules.

Fin 2023, l’Union européenne a cependant décidé de rendre ces normes d’émissions encore plus strictes, en passant d’une baisse de 30 % à 45 % pour 2030 tandis que les 90 % initialement fixés pour 2050 devraient être atteints dix ans plus tôt.

Le secteur du transport professionnel routier de marchandises est conscient des défis climatiques devant lesquelles le monde se trouve et veut contribuer à un transport plus durable avec beaucoup moins d’impact sur l’environnement. Mais l’accélération des objectifs environnementaux européenne pose des problèmes majeurs au secteur et ne fera qu’aggraver les difficultés déjà rencontrées aujourd’hui, telles que le manque de camions électriques disponibles, le prix de ces camions qui sont de trois à cinq fois plus chers que ceux roulant au diesel, la perte de temps due au rechargement du véhicule, le manque d’infrastructures de rechargement ….. 

Il n’est donc pas déraisonnable que le secteur plaide pour l’établissement de mesures transitoires et il semble également nécessaire que le secteur reçoive le soutien des différents autorités pour rendre cette accélération de  l’électrification des véhicules  possible.

Le transport professionnel routier de marchandises belge a déjà fait preuve dans le passé de la flexibilité nécessaire dans une société en constante évolution et cela ne sera pas différent à l’avenir avec les nombreux défis à relever pour notre secteur, tels que la transition vers des véhicules verts dans le cadre de la lutte contre le réchauffement climatique, la numérisation croissante du secteur, la pénurie de chauffeurs, etc. L’ITLB doit et veut jouer via son service d’études, qui conformément à la décision du Conseil d’administration de l’année passée sera renforcé, un rôle de support dans ces domaines.

Mesdames, messieurs je vous remercie pour votre attention et je souhaite à toutes et à tous une bonne année 2024 !

Dames en Heren ik dank jullie voor de aandacht en wens jullie allen een voorspoedig 2024 !

Marc Roman

Voorzitter / Président

Dames en Heren,

De sector van het wegvervoer waarin wij werkzaam zijn, is een hoeksteen van de Europese integratie. De sector is van vitaal belang voor het vrije verkeer van personen, goederen en diensten.

Hij speelt een belangrijke rol in economische groei en werkgelegenheid. De sector draagt ongeveer 5% bij aan het bruto binnenlands product van de Europese Unie, biedt werk aan iets meer dan 10 miljoen mensen en is goed voor bijna 7% van de totale toegevoegde waarde van de niet-financiële economie.

Binnen de Europese Unie werd in 2021 77% van de goederen over de weg vervoerd, waarvan 90% voor rekening van derden. Het internationaal vervoer was goed voor 39% van alle goederenvervoer. 

Buiten Europa zijn de Verenigde Staten de belangrijkste exportbestemming, terwijl de meeste geïmporteerde goederen uit China komen. De meeste goederen worden over zee geïmporteerd of geëxporteerd. Noteer dat in het extra-europees transport het wegvervoer  het luchtvervoer overtreft.

Europa en bij uitbreiding de ganse wereld werden sinds 2008 geconfronteerd met 2 grote economische schokken. 

In oktober 2008 barstte de financiële economische crisis los, waardoor het Europese vrachtvervoer in 2009 met zo maar eventjes 11 % is gezakt in vergelijking met 2008 (uitgedrukt in tonkilometer). In België is de sector van het beroepsgoederenvervoer over de weg met 13 % vertraagd ten opzichte van het jaar 2008.

In het voorjaar van 2020 kwam de wereld in een wervelstorm terecht omwille van Covid-19, met een economische crisis zonder weerga als gevolg. De impact voor de vervoersector was echter anders dan tijdens de crisis van oktober 2008. De pandemie en de lockdowns hebben de e-commerce een boost gegeven en daarin speelde de sector van het wegvervoer een belangrijke rol. Zo is het aantal Belgische bedrijven dat actief is in het beroepsgoederenvervoer over de weg sinds januari 2018 fors gestegen met 22% tot bijna 11.000 bedrijven vandaag.

Het jaar 2021 werd gekenmerkt door een ongeziene heropleving, die zowel krachtig als ongelijkmatig verliep. De gezondheidsmaatregelen werden afgebouwd, al gebeurde niet gestroomlijnd van sector tot sector en van land tot land, waardoor de hervatting van de productie trager op gang kwam, vooral in sectoren die volgens het just-in-time principe werken. Regio’s die sterk afhankelijk zijn van toerisme zagen eveneens een aarzelende hervatting van de activiteiten. 

In 2022 dook het inflatiespook op. De Russische invasie in Oekraïne luidde bovendien een nieuwe periode van economische turbulentie in. 

Kijkend naar de toekomst staat het beroepsgoederenvervoer over de weg in de EU voor tal van uitdagingen. Denken we maar aan sociale dumping, het chauffeurstekort, de verkeersveiligheid, de klimaatopwarming. 

Om sociale dumping tegen te gaan, heeft het Europees Parlement in 2020 het Mobiliteitspakket 1 aangenomen, dat tot doel heeft de concurrentie binnen de Europese Unie te harmoniseren, met name tussen vervoerders uit West- en Oost-Europa. 

Wat het chauffeurstekort betreft, blijkt uit een rapport uit 2021 van de IRU (International Road Transport Union) dat meer dan een derde van de chauffeurs in het wegvervoer ouder is dan 55, hoewel werknemers van deze leeftijd slechts 20% van de totale beroepsbevolking in Europa uitmaken.

In Europa is het aandeel van de jonge chauffeurs zeer laag nl.7% en slechts 3% van de chauffeurs is vrouw.

Het IRU-onderzoek somt een aantal redenen voor dit tekort in Europa op, waaronder het gebrek aan gekwalificeerde chauffeurs, de moeilijkheid om jongeren voor het beroep te interesseren, het slechte imago van het beroep en de moeilijke werkomstandigheden. Jonge chauffeurs willen een beter evenwicht tussen werk en privéleven en een betere behandeling van chauffeurs, vooral op leveringslocaties. De Covid-pandemie heeft dit probleem nog zichtbaarder gemaakt.

De oorlog in Oekraïne speelde ook hierin een belangrijke rol, aangezien het aantal actieve chauffeurs uit Oost-Europa sterk is gedaald (met ongeveer 166.000 chauffeurs volgens de IRU), ten eerste door het verbod voor Oekraïense mannen tussen 18 en 60 jaar om het land te verlaten en ten tweede door de afschaffing door Europa van verblijfsvergunningen en werkvisa voor Russische en Wit-Russische chauffeurs.  

Om dit probleem op te lossen, kunnen diverse maatregelen worden genomen, zoals het verbeteren van het imago van het beroep, het investeren in meer en veiligere parkeerfaciliteiten, het vergemakkelijken van de toegang tot beroepsopleidingen, het verbeteren van de arbeidsomstandigheden, het zorgen voor een betere behandeling van chauffeurs op leveringslocaties, bijvoorbeeld door de terbeschikkingstelling van toiletten en douches, kortere wachttijden, het niet hoeven laden of lossen door chauffeurs. 

En ce qui concerne la sécurité routière, d’après les statistiques d’Eurostat, les poids lourds et les véhicules utilitaires légers représentaient, ensemble, 6 % des décès sur la route en Europe en 2021. En 2018, l’Union européenne s’est donné pour objectif, dans un plan d’action stratégique sur la sécurité routière, de réduire de moitié d’ici à 2030 le nombre de tués sur les routes ainsi que le nombre de blessés graves. Les mesures proposées portent sur l’amélioration de la sécurité à l’aide de la technologie et via des contrôles renforcés, une coopération transfrontalière, etc.

Pour terminer, l’Union européenne a établi des mesures environnementales afin de ralentir le réchauffement climatique dans le Paquet Mobilité 2, appelé aussi Clean Mobility Package ou Paquet Mobilité Propre. Celui-ci comprend plusieurs propositions législatives pour le secteur du transport routier qui sont destinées à accélérer la transition vers des véhicules à faibles émissions et à zéro émission.

Lors du sommet mondial sur le climat - COP25 - fin 2019, la Commission européenne a lancé son European Green Deal ou Pacte Vert pour l’Europe, qui a été adopté en 2021. C’est un ensemble d’initiatives politiques dont le but principal est de rendre l’Europe climatiquement neutre en 2050.

Actuellement, le transport de marchandises et de personnes représente près de 25 % des émissions de gaz à effet de serre en Europe, dont 30 % proviennent des « véhicules légers et lourds ». L’objectif du Pacte Vert européen est de réduire ces émissions dans le secteur des transports de 30 % pour 2030 et de 90 % pour 2050, en ayant principalement recours à l’électrification des véhicules.

Fin 2023, l’Union européenne a cependant décidé de rendre ces normes d’émissions encore plus strictes, en passant d’une baisse de 30 % à 45 % pour 2030 tandis que les 90 % initialement fixés pour 2050 devraient être atteints dix ans plus tôt.

Le secteur du transport professionnel routier de marchandises est conscient des défis climatiques devant lesquelles le monde se trouve et veut contribuer à un transport plus durable avec beaucoup moins d’impact sur l’environnement. Mais l’accélération des objectifs environnementaux européenne pose des problèmes majeurs au secteur et ne fera qu’aggraver les difficultés déjà rencontrées aujourd’hui, telles que le manque de camions électriques disponibles, le prix de ces camions qui sont de trois à cinq fois plus chers que ceux roulant au diesel, la perte de temps due au rechargement du véhicule, le manque d’infrastructures de rechargement ….. 

Il n’est donc pas déraisonnable que le secteur plaide pour l’établissement de mesures transitoires et il semble également nécessaire que le secteur reçoive le soutien des différents autorités pour rendre cette accélération de  l’électrification des véhicules  possible.

Le transport professionnel routier de marchandises belge a déjà fait preuve dans le passé de la flexibilité nécessaire dans une société en constante évolution et cela ne sera pas différent à l’avenir avec les nombreux défis à relever pour notre secteur, tels que la transition vers des véhicules verts dans le cadre de la lutte contre le réchauffement climatique, la numérisation croissante du secteur, la pénurie de chauffeurs, etc. L’ITLB doit et veut jouer via son service d’études, qui conformément à la décision du Conseil d’administration de l’année passée sera renforcé, un rôle de support dans ces domaines.

Mesdames, messieurs je vous remercie pour votre attention et je souhaite à toutes et à tous une bonne année 2024 !

Dames en Heren ik dank jullie voor de aandacht en wens jullie allen een voorspoedig 2024 !

Marc Roman

Voorzitter / Président

Dames en Heren,

De sector van het wegvervoer waarin wij werkzaam zijn, is een hoeksteen van de Europese integratie. De sector is van vitaal belang voor het vrije verkeer van personen, goederen en diensten.

Hij speelt een belangrijke rol in economische groei en werkgelegenheid. De sector draagt ongeveer 5% bij aan het bruto binnenlands product van de Europese Unie, biedt werk aan iets meer dan 10 miljoen mensen en is goed voor bijna 7% van de totale toegevoegde waarde van de niet-financiële economie.

Binnen de Europese Unie werd in 2021 77% van de goederen over de weg vervoerd, waarvan 90% voor rekening van derden. Het internationaal vervoer was goed voor 39% van alle goederenvervoer. 

Buiten Europa zijn de Verenigde Staten de belangrijkste exportbestemming, terwijl de meeste geïmporteerde goederen uit China komen. De meeste goederen worden over zee geïmporteerd of geëxporteerd. Noteer dat in het extra-europees transport het wegvervoer  het luchtvervoer overtreft.

Europa en bij uitbreiding de ganse wereld werden sinds 2008 geconfronteerd met 2 grote economische schokken. 

In oktober 2008 barstte de financiële economische crisis los, waardoor het Europese vrachtvervoer in 2009 met zo maar eventjes 11 % is gezakt in vergelijking met 2008 (uitgedrukt in tonkilometer). In België is de sector van het beroepsgoederenvervoer over de weg met 13 % vertraagd ten opzichte van het jaar 2008.

In het voorjaar van 2020 kwam de wereld in een wervelstorm terecht omwille van Covid-19, met een economische crisis zonder weerga als gevolg. De impact voor de vervoersector was echter anders dan tijdens de crisis van oktober 2008. De pandemie en de lockdowns hebben de e-commerce een boost gegeven en daarin speelde de sector van het wegvervoer een belangrijke rol. Zo is het aantal Belgische bedrijven dat actief is in het beroepsgoederenvervoer over de weg sinds januari 2018 fors gestegen met 22% tot bijna 11.000 bedrijven vandaag.

Het jaar 2021 werd gekenmerkt door een ongeziene heropleving, die zowel krachtig als ongelijkmatig verliep. De gezondheidsmaatregelen werden afgebouwd, al gebeurde niet gestroomlijnd van sector tot sector en van land tot land, waardoor de hervatting van de productie trager op gang kwam, vooral in sectoren die volgens het just-in-time principe werken. Regio’s die sterk afhankelijk zijn van toerisme zagen eveneens een aarzelende hervatting van de activiteiten. 

In 2022 dook het inflatiespook op. De Russische invasie in Oekraïne luidde bovendien een nieuwe periode van economische turbulentie in. 

Kijkend naar de toekomst staat het beroepsgoederenvervoer over de weg in de EU voor tal van uitdagingen. Denken we maar aan sociale dumping, het chauffeurstekort, de verkeersveiligheid, de klimaatopwarming. 

Om sociale dumping tegen te gaan, heeft het Europees Parlement in 2020 het Mobiliteitspakket 1 aangenomen, dat tot doel heeft de concurrentie binnen de Europese Unie te harmoniseren, met name tussen vervoerders uit West- en Oost-Europa. 

Wat het chauffeurstekort betreft, blijkt uit een rapport uit 2021 van de IRU (International Road Transport Union) dat meer dan een derde van de chauffeurs in het wegvervoer ouder is dan 55, hoewel werknemers van deze leeftijd slechts 20% van de totale beroepsbevolking in Europa uitmaken.

In Europa is het aandeel van de jonge chauffeurs zeer laag nl.7% en slechts 3% van de chauffeurs is vrouw.

Het IRU-onderzoek somt een aantal redenen voor dit tekort in Europa op, waaronder het gebrek aan gekwalificeerde chauffeurs, de moeilijkheid om jongeren voor het beroep te interesseren, het slechte imago van het beroep en de moeilijke werkomstandigheden. Jonge chauffeurs willen een beter evenwicht tussen werk en privéleven en een betere behandeling van chauffeurs, vooral op leveringslocaties. De Covid-pandemie heeft dit probleem nog zichtbaarder gemaakt.

De oorlog in Oekraïne speelde ook hierin een belangrijke rol, aangezien het aantal actieve chauffeurs uit Oost-Europa sterk is gedaald (met ongeveer 166.000 chauffeurs volgens de IRU), ten eerste door het verbod voor Oekraïense mannen tussen 18 en 60 jaar om het land te verlaten en ten tweede door de afschaffing door Europa van verblijfsvergunningen en werkvisa voor Russische en Wit-Russische chauffeurs.  

Om dit probleem op te lossen, kunnen diverse maatregelen worden genomen, zoals het verbeteren van het imago van het beroep, het investeren in meer en veiligere parkeerfaciliteiten, het vergemakkelijken van de toegang tot beroepsopleidingen, het verbeteren van de arbeidsomstandigheden, het zorgen voor een betere behandeling van chauffeurs op leveringslocaties, bijvoorbeeld door de terbeschikkingstelling van toiletten en douches, kortere wachttijden, het niet hoeven laden of lossen door chauffeurs. 

En ce qui concerne la sécurité routière, d’après les statistiques d’Eurostat, les poids lourds et les véhicules utilitaires légers représentaient, ensemble, 6 % des décès sur la route en Europe en 2021. En 2018, l’Union européenne s’est donné pour objectif, dans un plan d’action stratégique sur la sécurité routière, de réduire de moitié d’ici à 2030 le nombre de tués sur les routes ainsi que le nombre de blessés graves. Les mesures proposées portent sur l’amélioration de la sécurité à l’aide de la technologie et via des contrôles renforcés, une coopération transfrontalière, etc.

Pour terminer, l’Union européenne a établi des mesures environnementales afin de ralentir le réchauffement climatique dans le Paquet Mobilité 2, appelé aussi Clean Mobility Package ou Paquet Mobilité Propre. Celui-ci comprend plusieurs propositions législatives pour le secteur du transport routier qui sont destinées à accélérer la transition vers des véhicules à faibles émissions et à zéro émission.

Lors du sommet mondial sur le climat - COP25 - fin 2019, la Commission européenne a lancé son European Green Deal ou Pacte Vert pour l’Europe, qui a été adopté en 2021. C’est un ensemble d’initiatives politiques dont le but principal est de rendre l’Europe climatiquement neutre en 2050.

Actuellement, le transport de marchandises et de personnes représente près de 25 % des émissions de gaz à effet de serre en Europe, dont 30 % proviennent des « véhicules légers et lourds ». L’objectif du Pacte Vert européen est de réduire ces émissions dans le secteur des transports de 30 % pour 2030 et de 90 % pour 2050, en ayant principalement recours à l’électrification des véhicules.

Fin 2023, l’Union européenne a cependant décidé de rendre ces normes d’émissions encore plus strictes, en passant d’une baisse de 30 % à 45 % pour 2030 tandis que les 90 % initialement fixés pour 2050 devraient être atteints dix ans plus tôt.

Le secteur du transport professionnel routier de marchandises est conscient des défis climatiques devant lesquelles le monde se trouve et veut contribuer à un transport plus durable avec beaucoup moins d’impact sur l’environnement. Mais l’accélération des objectifs environnementaux européenne pose des problèmes majeurs au secteur et ne fera qu’aggraver les difficultés déjà rencontrées aujourd’hui, telles que le manque de camions électriques disponibles, le prix de ces camions qui sont de trois à cinq fois plus chers que ceux roulant au diesel, la perte de temps due au rechargement du véhicule, le manque d’infrastructures de rechargement ….. 

Il n’est donc pas déraisonnable que le secteur plaide pour l’établissement de mesures transitoires et il semble également nécessaire que le secteur reçoive le soutien des différents autorités pour rendre cette accélération de  l’électrification des véhicules  possible.

Le transport professionnel routier de marchandises belge a déjà fait preuve dans le passé de la flexibilité nécessaire dans une société en constante évolution et cela ne sera pas différent à l’avenir avec les nombreux défis à relever pour notre secteur, tels que la transition vers des véhicules verts dans le cadre de la lutte contre le réchauffement climatique, la numérisation croissante du secteur, la pénurie de chauffeurs, etc. L’ITLB doit et veut jouer via son service d’études, qui conformément à la décision du Conseil d’administration de l’année passée sera renforcé, un rôle de support dans ces domaines.

Mesdames, messieurs je vous remercie pour votre attention et je souhaite à toutes et à tous une bonne année 2024 !

Dames en Heren ik dank jullie voor de aandacht en wens jullie allen een voorspoedig 2024 !

Marc Roman

Voorzitter / Président

Encore des questions ?

N’hésitez pas, nous sommes là pour vous aider ! Notre section questions fréquemment posées ou "FAQ" contient des réponses aux questions les plus fréquemment posées.

Encore des questions ?

N’hésitez pas, nous sommes là pour vous aider ! Notre section questions fréquemment posées ou "FAQ" contient des réponses aux questions les plus fréquemment posées.

Encore des questions ?

N’hésitez pas, nous sommes là pour vous aider ! Notre section questions fréquemment posées ou "FAQ" contient des réponses aux questions les plus fréquemment posées.